De lijn van Steiner
Zie ook het Cabri-werkblad "De
lijn van Simson"
Zie ook de pagina "Meer bijzonderheden van de
Simson-lijn"
- Een eerste kennismaking met het probleem
- Bewijs
- De parabool en de lijn van Steiner
3.1. Inleiding
3.2. Hoofdeigenschap van de raaklijn
3.3. Parabool, driehoek, lijn van Steiner
3.4. De Euler-lijn als Steiner-lijn, Kiepert-parabool
1. Een eerste
kennismaking met het probleem
We gaan uit van een driehoek ABC en een willekeurig punt P.
We bepalen de symmetriepunten U, V, W van P ten opzichte van de zijden AB, BC, CA van de
driehoek. In het algemeen zullen de punten U, V en W een driehoek insluiten (zie figuur
1).
Jakob Steiner (1796-1863, Zwitserland) wordt wel beschouwd als de grondlegger v an de projectieve meetkunde. Hij bewees onder meer de stelling (genoemd naar Steiner en Poncelet), dat alle euclidische constructies met een (ongemerkte) liniaal kunnen worden uitgevoerd als er een vaste cirkel gegeven is.
Maar we kunnen verder onderzoeken.
Het blijkt dat de lijnen van Steiner bij een vaste driehoek door een bijzonder punt van
die driehoek gaan.
|§| Klik hier
om ook dit onderzoek via een animatie
te verrichten.
Stelling 2 De lijn van Steiner van een punt van de omcirkel van een driehoek gaat door het hoogtepunt van die driehoek. |
Natuurlijk is het een goede zaak de gevonden resultaten ook daadwerkelijk te bewijzen. Dat zullen we doen in de volgende paragraaf.
Bij het bewijs van de in paragraaf 1 genoemde eigenschappen van de lijn van Euler, zullen we gebruik maken van de lijn van Simson.
figuur 2 | Bewijs van stelling 1 De lijn van Simson
wordt geconstrueerd door van een punt P op de omgeschreven cirkel de voetpunten te bepalen
van de loodlijnen op de zijden van de driehoek (zie figuur 2). De punten U,V,W zijn de gespiegelden van P in de zijden, dus A', B', C' zijn de middens van de lijnstukken PV, PW en PU. Kiezen we nu een vermenigvuldiging met factor 2 en centrum P, dan wordt de lijn van Simson (samen met de punten A', B', C') afgebeeld op een daarmee evenwijdige lijn, de lijn van Steiner (samen met de beeldpunten V, W, U). Hiermee is stelling 1 bewezen. ¨ |
We verlengen de hoogtelijn uit A tot deze de omgeschreven cirkel snijdt in het punt Ha.
We kunnen nu bewijzen, dat H en Ha symmetrisch liggen ten opzichte van de lijn
BC (
Wanneer we de omgeschreven cirkel spiegelen in de zijden van de driehoek gaan deze cirkels
dus door het punt H.
In figuur 2 is de omgeschreven cirkel gespiegeld in de zijden BC en AB.
De punten B, V, C en H liggen dus op een cirkel; dat is dus ook het geval met de punten A,
U, B en H.
Nu is dus ÐBHV = ÐBCV (staan op
dezelfde boog).
En ook ÐBHU = ÐBAU (staan op
dezelfde boog). Optelling geeft dan
ÐVHU = ÐBHV + ÐBHU
= ÐBCV + ÐBAU (we willen graag
dat deze hoek, ÐVHU, gelijk is aan 180º ! )
Wegens de symmetrie is ÐBCP = ÐBCV
en ook ÐPAB = ÐBAU, zodat
ÐVHU = ÐBCP + ÐPAB
= ½bg(PAB) + ½bg(BCP) = 180º.
Dus ligt H op de lijn van Steiner.
Hiermee is dus stelling 2 bewezen. ¨
Opmerking
Een iets ander bewijs van Stelling 2 vinden we op de pagina "Meer
bijzonderheden van de Simson-lijn".
[einde Opmerking]
3. De parabool en de lijn van Steiner
3.1. Inleiding
In deze paragraaf leggen we een verband tussen een parabool en de lijn van Steiner
(dus daardoor ook tussen die parabool, een driehoek en de omgeschreven cirkel van die
driehoek).
|§| Klik hier
om (nog eens) te kijken naar de definitie van
de parabool als meetkundige plaats van punten die een bepaalde eigenschap hebben.
De gebruikelijke (meetkundige) definitie van een parabool is dus
Definitie De meetkundige plaats (verzameling) van de punten P die gelijke afstand hebben tot een vast punt F en een vaste lijn r is een parabool. Het punt F heet het brandpunt (focus) van de parabool; de lijn r heet de richtlijn (directrix); de lijn door F loodrecht op r heet de as. |
3.2. Hoofdeigenschap van de raaklijn
In elk punt van een parabool kan een raaklijn aan die parabool getekend worden.
|§| Klik hier
om de (hoofd)eigenschap van de raaklijnen te
onderzoeken.
Stelling 3a (hoofdeigenschap van de
raaklijn) De raaklijn in aan punt P aan een parabool is bisectrice van de hoek tussen de lijn door P en het brandpunt en de lijn door P loodrecht op de richtlijn. Stelling 3b |
Klik hier voor een elementair bewijs van de stelling 3a en 3b.
3.3.
Parabool, driehoek, lijn van Steiner
Nu we dit laatste (stelling 3b) weten kunnen we in drie punten T1, T2, T3 raaklijnen aan
een parabool met brandpunt F en richtlijn r tekenen.
Deze raaklijnen snijden elkaar twee aan twee in de punten A, B, C.
We gaan nu driehoek ABC, en in het bijzonder de ligging van de lijn van Steiner met betrekking tot die driehoek, onderzoeken.
Voordat we dat doen merken we echter op, dat het punt F op de omgeschreven cirkel van
driehoek ABC moet liggen.
Ga dat (zonodig) na met behulp van stelling 1.
|§| Klik
hier >< om het onderzoek naar de
samenhang tussen driehoek ABC en de lijn van Steiner.
Als het goed is, hebben we uit het laatste onderzoek datgene geconcludeerd wat in stelling 4 (hieronder) is geformuleerd.
figuur 3 | We kunnen nu eenvoudig bewijzen (zie figuur 3)
Bewijs: Ook de omgekeerde stelling geldt |
Stelling 5 Is ABC een driehoek en F een punt van de omgeschreven cirkel van die driehoek (niet zijnde A, B of C), dan raakt de parabool met brandpunt F en met de lijn van Steiner van F als richtlijn aan de drie zijden van die driehoek. |
Klik hier >< voor een CabriJavapplet bij Stelling 5.
3.4. De Euler-lijn als Steiner-lijn, Kiepert-parabool
Er is een punt F van de omcirkel waarvoor de bijbehorende Steiner-lijn
door het middelpunt van de omcirkel gaat.
In dit geval valt de Steiner-lijn van F dus samen met de Euler-lijn van de driehoek.
|§| Klik hier >< om de positie van dat punt F te onderzoeken.
We geven nu als definitie
Definitie De parabool die raakt aan de zijden van de driehoek en waarvan de richtlijn samenvalt met de Euler-lijn van de driehoek, heet Kiepert-parabool. |
Opmerking
Het brandpunt van de Kiepert-parabool ligt volgens Stelling 5 op de
omcirkel van de driehoek.
Dit punt wordt met aangeven met X110
(volgens Kimberling).
[einde Opmerking]
Uit de definitie van de Steiner-lijn volgt nu:
|
Constructie van X110
Gegeven: driehoek ABC
Te construeren: X110
Constructie:
X110 | Kiepert-parabool | |
Het punt F (X110) ligt op de omcirkel van ABC. Het punt V
(het spiegelbeeld van F in AC) ligt dus op het spiegelbeeld van de omcirkel in AC. Volgens het bovenstaande Gevolg is het spiegelbeeld van X110 in AC het snijpunt van het spiegelbeeld van de omcirkel in AC (middelpunt Ob) met de Euler-lijn van driehoek ABC. |
. |
Opmerking
We kunnen hierbovenstaand Gevolg ook als volgt formuleren:
Stelling 6 De gespiegelden van de Euler-lijn van een driehoek in de zijden zijn concurrent op een punt van de omcirkel van die driehoek. |