Stralenbundels
Overzicht ][ Vierzijde | Transversalen | DK & Meetkunde
figuur 1 |
Definities [1] Een stralenbundel (ook wel lijnenbundel genoemd) is een verzameling lijnen (niet noodzakelijk oneindig veel) die door één punt gaan. De lijnen worden ook wel stralen genoemd. Het punt heet de top van de stralenbundel. [2] Een stralenbundel bestaande uit vier stralen heet vierstraal. [3] Een transversaal van een stralenbundel is een lijn die niet door de top van de stralenbundel gaat en alle lijnen van de bundel snijdt. [4] Onder de dubbelverhouding T(abcd) van vier lijnen a, b, c, d in een stralenbundel (met top T) verstaan we de dubbelverhouding (ABCD) waarbij A,B,C,D de snijpunten zijn van opvolgend a,b,c,d met een transversaal van de bundel. Dus: T(abcd) = (ABCD). [5] Een vierstraal a,b,c,d met T(abcd) = -1 heet harmonische vierstraal. De harmonische vierstraal wordt ook zelf wel aangegeven met T(abcd) of met T(ABCD). |
Stelling 1 T(ABCD) is een vierstraal. Voorts is l de lijn door B evenwijdig met de toegevoegde straal (de straal door A). l snijdt de beide andere stralen in de punten P en Q. T(ABCD) = -1 desda PB= BQ |
Bewijs:
Zie figuur 2.
figuur 2 | Als T(ABCD) = -1, dan is (volgens de definitie) ook (ABCD) = -1. Stel dan AC = a en BC = b. Dus is AD = ka en BD = kb. BQ : TA = kb : ka = b : a BP : TA = b : a Waaruit volgt dat BP = BQ. Omgekeerd. Zij BP = BQ. Nu is BP : TA = BC : AC = b : a. Dus, wegens BP = BQ, hebben we BQ : TA = b : a, dus ook BD : DA = b : a Hieruit volgt dan BD = kb en DA = ka, zodat (ABCD) = CA/CB : DA/DB = (-b/a) : (kb/ka) = -1. ¨ |
Stelling 2 Twee snijdende rechten a, b worden door de bissectrices c, d van de hoeken die ze met elkaar maken, harmonisch gescheiden. |
Bewijs:
figuur 3 | Zie figuur 3. Trek de lijn l evenwijdig met a. Gevolg |
Stelling 3 Twee diagonalen van een volledige vierzijde scheiden de hoekpunten op de derde diagonaal harmonisch. |
Bewijs: (zie figuur 4)
figuur 4 | ABCDEF is de volledige vierzijde (AB,BC,CD, DA). AC en BD zijn opvolgend de 1e en de 2e diagonaal. EF is de 3e diagonaal. Te bewijzen is nu dat (EFPQ) = -1. In driehoek CEF passen we de stelling van Menelaos toe op de transversaal DBQ. |
Dus, na deling van beide resultaten: (EFP)/(EFQ) = -1 of PE/FE : QE/QF = (EFPQ) = -1. ¨
Opmerking
Zie verder ook de pagina "Harmonikaal".
[einde Opmerking]
2. Constructies
Op basis van stelling 1 en stelling 3
in paragraaf 1 kunnen we nu een tweetal verschillende constructies geven voor de vierde
harmonische bij drie gegeven collineaire punten.
1e Constructie
figuur 5 | Zie figuur 5. Gegeven zijn de punten A, B, C, met C tussen A en B (dus
op het lijnstuk AB). |
Klik hier voor een stapsgewijze animatie van deze constructie.
Opmerkingen
[1] Voor het bewijs van deze constructie zie stelling 1.
[2] Bij deze constructie moet gebruik gemaakt worden van passer en liniaal.
[einde Opmerkingen]
2e constructie
figuur 6 | Zie figuur 6. Gegeven de punten A, B, C met C tussen A en B. |
Klik hier voor een stapsgewijze animatie van deze constructie.
Opmerkingen
[1] Voor het bewijs van deze constructie zie stelling 3.
[2] Bij deze constructie is alleen gebruik gemaakt van een liniaal.
[einde Opmerkingen]
Definitie Een harmonische vierhoek is een koordenvierhoek waarvan de producten van de overstaande zijden gelijk zijn. |
Stelling 4 Een harmonische vierstraal T(abcd) waarvan T op een cirkel ligt, bepaalt op die cirkel een harmonische vierhoek ABCD, waarbij A, B, C, D de snijpunten zijn van de stralen met de cirkel). |
Bewijs:
figuur 7 | Zie figuur 7. We kiezen de lijn door A en D als transversaal van de
vierstraal. De lijnen b en c snijden AD in B en C. De lengten van de zijden van vierhoek ABCD geven we (mogelijk wat verwarrend) ook aan
met a, b, c, d. |
Om dezelfde reden hebben we
TDC ~ TCD, waaruit volgt:
DC : CD = TC : TD, zodat c : c = TC : r
Door vermenigvuldiging volgt uit deze laatste resultaten, dat ac : ac =
TC : r.
Duidelijk is dat TBC ~ TCB, zodat BC : CB = TC : TB, waaruit
b : b = TC : s.
Combinatie hiervan met het vorige resultaat geeft:
ac : ac = b : b = bd : bd.
Uit (ACBD) = BA/BC : DA/DC =
-a / b : (-d) / (-c) = -1, vinden we ac
= bd.
Dit samen met het vorige resultaat geeft
ac = bd.
De producten van de overstaande zijden zijn gelijk. Dus is ABCD een harmonische vierhoek. ¨
Opmerking
Volgens de stelling van Ptolemaeus is dus ac = bd = ½ pq,
waarbij p en q de lengtes zijn van de diagonalen van de koordenvierhoek.
[einde Opmerking]