Cabri-FAQ (25)
[ Alle Vragen | Meetkunde | Cabri ]
Vorige | Begin | Volgende |
Vraag 25
Op welke objecten kan de functie "Maat overbrengen" worden toegepast?
Antwoord
De functie "Maat overbrengen" (in het Constructie-menu) kan worden
toegepast op objecten waarop een oriëntatie bestaat. Dit zijn:
- vectoren;
- halve lijnen;
- assen van een coördinatenstelsel;
- cirkels (het nulpunt wordt vastgelegd tijdens de constructie);
- punten (de oriëntatie wordt vastgelegd tijdens de constructie).
De maat zelf wordt vastgelegd door een getal (niet noodzakelijk voorzien van een
eenheid). De cm is de standaard waarde voor de maat.
Er kan daarbij gebruik gemaakt worden van de functie "Invoer getallen" of van
het resultaat van een berekening.
Geöriënteerde lijn (vector, halve lijn, as)
figuur 25a |
We gaan uit van een halve lijn m. De oriëntatie ligt daarop vast (het beginpunt is het nulpunt; de richting van de lijn zelf is positief). Blijkbaar wordt het punt met de negatieve waarde gepositioneerd op de niet-getekende halve lijn (in het verlende van m). |
Opmerking
Bij de constructie moet de drager worden geselecteerd. Let daarbij op de schermboodschap
van Cabri: Deze halve lijn, Deze vector cq. Deze as.
[einde Opmerking]
figuur 25b |
Bij de cirkel komt de oriëntatie overeen met de positieve
wijzerrichting (tegen de wijzers van de klik in). Het nulpunt (een punt van de cirkel) wordt tijdens de constructie aangewezen. Het nulpunt moet al op de cirkel liggen. De afstand wordt hier berekend als deel van de cirkelomtrek. Is het getal negatief, dan wordt de tegenwijzerrichting gekozen (zie het punt B in de figuur hiernaast). Opmerking |
figuur 25c |
figuur 25d |
Bij "Maat overbrengen" naar een punt is de oriëntatierichting
vrij. Rond het punt O verschijnt een (gestippeld) lijnstuk waarvan de lengte (in absolute waarde) gelijk is aan het geselecteerde getal. Het eindpunt van het lijnstuk kan om het beginpunt worden gedraaid. Door te klikken met de linker muisknop wordt de richting vastgelegd. |
Opmerkingen
[1]
Negatieve waarden van het gekozen getal worden automatisch omgezet in positieve.
[2]
De afstand wordt dus steeds gemeten via een (niet-geconstrueerd) lijnstuk. Bij
constructies waarbij een maat moet worden overgebracht op een lijn of
een cirkel, moet daarom niet het nulpunt, maar het object zelf
worden geselecteerd.
[3]
De functie kan worden gebruikt bij het construeren van een cirkel waarbij de lengte van de
straal gegeven is door een getal (zie ook Vraag 24).
[einde Opmerkingen]
Vorige | Begin | Volgende |
[faq25.htm] laatst wwijziging op: 09-06-02