Stelling van Van Schooten (1646)
Overzicht ][ Meetkunde | Geschiedenis | Cabri
- Stelling van Van Schooten
- Drie bewijzen
2.1. Min of meer direct
2.2. Via de stelling van Ptolemaeus
2.3. Via de cosinusregel - Een er mee samenhangende ongelijkheid
- Historie
- Referenties
- Download
of anders geformuleerd: Zie verder ook de paragraaf Historie. |
Klik hier >< voor een CabriJavapplet bij deze stelling.
We geven van de stelling allereerst drie (moderne) bewijzen >>>.
In de paragraaf Historie staat het bewijs van Van Schooten zelf.
Op het verlengde van CP kiezen we het punt D zo, dat PD = PB. Nu zijn de driehoeken ABP en CBD congruent (ZHH of ZHZ), immers driehoek BDP is een gelijkzijdige driehoek. En daaruit volgt: AP = CD = PD + PC = PB + PC Opmerking. In de figuren duidt de letter 'z' op een hoek van 60°. |
2.2. Via de stelling van Ptolemaeus
Vierhoek ABPC is een koordenvierhoek. In deze koordenvierhoek geldt volgens de stelling van Ptolemaeus: AP · BC = AB · PC + BP · CA Met AB = BC = CA = l volgt dan: |
In bovenstaande figuur stellen we verder PA = a, PB = b en PC = c. Toepassing van de cosinusregel geeft dan in driehoek APC: l 2 = a2 + c2 - 2ac cos 60° = a2 + c2 - ac ......(1) in driehoek ABP: l 2 = a2 + b2 - 2ab cos 60° = a2 + b2 - ab ......(2) Aftrekking van (1) en (2) levert: b2 - c2 = a(b - c) zodat na deling door b - c (met b ongelijk aan c) overblijft: a = b + c Voor b = c zie nevenstaande figuur. |
Zie verder eventueel de paragraaf Historie >>>.
3. Een er mee samenhangende ongelijkheid
Stelling 2 Voor een punt P geldt bij een gelijkzijdige driehoek ABC steeds PA + PB ³ PC. |
Teken de gelijkzijdige driehoek APD waarvan hoek PAD dezelfde orientatie heeft als
hoek BAC (via rotatie van PA om A over 60°). We hebben nu, afhankelijk van de overlap
van de hoeken: PC £ CD + DP = PB + PA |
Opmerking
We kunnen dus met de lijnstukken PA, PB, PC als zijden een driehoek construeren. Een
dergelijke driehoek wordt in dit verband wel Pompeiu-driehoek genoemd
(naar Dimitrie Pompeiu, 1873-1954, Roemenië).
Als P op de omcirkel van ABC ligt, is de Pompeiu-driehoek ontaard (lijnstukken vallen
samen).
Klik hier >< voor een CabriJavapplet bij stelling 2.
4. Historie
¤ Met dank aan Jan van Maanen
(FIsme, Utecht)) voor de scans, feiten, ... (in persoonlijke correspondentie; januari
2006).
Van Schooten vermeldt de stelling in zijn
"De organica conicarum sectionum in plano descriptione, Tractatus"
(Leiden: Ex Officina Elzeviriorum, 1646; klik hier
voor de titelpagina)
en wel in een appendix ervan: "Appendix, de cubicarum aequationum
resolutione" (pp. 91-117)
De naar Van Schooten (mogelijk door Newton)
vernoemde stelling is daarin de eerste stelling (p. 92):
Stelling van Van Schooten |
||||
Theorema I. Si fuerit triangulum aequilaterum MNL cir- culo inscriptum, atque ex L educta utcunque recta LF usque ad circumferentiam in F, quae secet MN in O, junctaeque rectae MF, FN: Dico FL aequalem esse ipsis MF, FN simul sumptis. |
Vertaling [dk]
Als er een gelijkzijdige driehoek MNL [gegeven] is, ingeschreven in een cirkel, en ook uit
L willekeurig een lijn LF is getrokken tot aan de cirkelomtrek in F, die MN snijdt in O,
en toegevoegd de lijnen MF, FN: [dan] beweer ik dat FL gelijk is aan deze MF, FN
samengenomen.
De appendix over 'kubische vergelijkingen' komt ook voor in Van Schootens Latijnse vertaling (Geometria, eerste editie 1649) van La Géométrie van René Descartes (in ieder geval in de editie van 1659, deel 1, pp. 345-368), en wel op pag. 346, in dezelfde bewoordingen.
Bewijs (Appendix de cubicarum aequationum resolutione, p. 92-93 / in vertaling van en met toelichting van Jan van Maanen):
De driehoeken LNO en LNF zijn namelijk gelijkvormig, want ze hebben hoek L gemeen, en hoek LNO, ofwel[1] LMN gelijk aan hoek LFN wegens Elementen III, 21[2] en daarom is ook het derde paar hoeken LON en NFL gelijk, wegens I, 32[3]. En daarom[4] wegens VI, 4 geldt dat NO staat tot LN als FN tot LF. En net zo volgt uit de gelijkvormigheid van de driehoeken LMO en LFM dat MO staat tot LM als FM tot LF. En dus, wegens V, 24[5,6] zal gelden: zoals NO en MO bijeengenomen staan tot LN, zo staan FN en FM bijeengenomen tot LF. Maar NO en MO zijn samen LN; en daarom zullen ook FN en FM samen LF zijn. Hetgeen te bewijzen was. |
Toelichting
[1] Wegens de gelijkzijdigheid.
[2] Elem. III, 21 zegt dat
omtrekshoeken die op dezelfde boog staan, gelijk zijn. In de redactie van Dijksterhuis:
"In een cirkel zijn de hoeken in hetzelfde segment aan elkaar gelijk."
[3] Elem. I, 32 zegt dat de
drie hoeken van een driehoek gelijk zijn aan twee rechte hoeken.
[4] D.w.z. uit de gelijkvormigheid volgt ...
Elem. VI, 4 zegt (vertaling Dijksterhuis): In gelijkhoekige driehoeken
zijn evenredig de zijden om de gelijke hoeken en homoloog die zich onder de gelijke hoeken
spannen.
[5] Elem. V, 24 zegt (in moderne
terminologie): als a : c = d : f en b : c = e : f, dan (a + b) : c = (d + e) : f
(en zo staat het ook bij Heath).
[6] En niet alleen wegens Elem. V, 24 maar ook omdat
bovendien LM = LN, wegens de gelijkzijdigheid.
[a] | Euclides: Elementen (zie het overzicht op deze website) | |
[b] | D. Pompeiu: Opera mathematicâ. Boekarest: Ed. Academiei (1959). | |
[c] | Jeanine Daems: Frans van Schooten jr. (op www.wiskonst.nl) | |
[d] | Jan van Maanen: Frans van Schooten jr. In: Pythagoras (juni
1997); via
Kennislink Jan van Maanen: Descartes en zijn Nederlandse profeten. In Pythagoras (februari 1998); via Kennislink |
|
[e] | József Sándor: On the Geometry of Equilateral Triangles. Forum Geometricorum Vol. 5 (2005), pp. 107-117 (PDF-bestand, FG200514) | |
[f] | www.fransvanschooten.nl ("Mathematische Oeffeningen" door Henk Hietbrink) |
6. Download
De bij de applets gebruikte Cabri-figuren kunnen in een bestand worden gedownload via deze
website.
Klik hier om het downloadproces te starten
(ZIP-bestand, ca. 4 kB).