TI-83 werkblad

Overzicht  ][ TI-werkbladen


Overzicht - Basisbewerkingen

  1. Inleiding
  2. Rekenen
  3. Een berekening wijzigen
  4. Haakjes
  5. Nauwkeurigheid van berekeningen

1. Inleiding


De onderste zes rijen van de TI83 komen min of meer overeen met de toetsen van een "gewone" rekenmachine.
De bovenste rij met vijf toetsen worden gebruikt bij het tekenen van grafieken.
Daaronder rechts staan de vier cursortoetsen.
De zes toetsen links daarnaast worden gebruikt voor specifieke invoer van gegevens, terwijl de rij daaronder speciale functies van de machine oproept.

Aanzetten:   
[ON]
Uitzetten
    [2nd] [ON] ; druk eerst op [2nd]-toets, laat deze los, druk dan op [ON] .

Second en Alpha - Met de
[2nd]-toets wordt de tweede functie van een toets (links boven de toets) geactiveerd.
We noteren
[2nd] [ON] in het vervolg als [OFF].
Met de
[ALPHA]-toets wordt de derde functie van een toets (rechts boven de toets) geactiveerd.
In het algemeen zijn dit namen van variabelen. Deze noteren we als A, B, ... (dus zonder rechte haken).
Na het drukken op de 2nd- en ALPHA-toets wijzigt de gedaante van de cursor.

Wissen van het scherm:

[CLEAR]

Cursor donkerder:
[2nd] [­] ; eventueel herhaald
Cursor lichter:       [2nd] [¯] ; eventueel herhaald

Wissen van het geheugen - Het is aan te raden het geheugen te wissen bij het begin van een nieuwe serie berekeningen (je loopt anders de kans dat "oude" gegevens van invloed zijn op de resultaten).
Druk op [2nd][+] (dit gegeven we dus in het vervolg aan met [MEM]).

Je ziet dan: (>>>)

basis1

Dit is een zogenoemd "menu": het MEMORY-menu. In zo’n menu kan je door het drukken op de cijfer toetsen de gewenste functie uitvoeren.

5: Reset heeft tot gevolg, dat alle ingevoerde gegevens worden gewist. Druk op [5] .
Je ziet dan: (>>>)

Druk nu op

[1].
basis2

Ook de instelling van de helderheid van het scherm wordt nu teruggezet op de standaard waarde.

Opmerking

Je moet 5:Reset NOOIT gebruiken als er een programma in de machine aanwezig is. Met Reset wordt dit programma ook uit het geheugen gewist.
[einde Opmerking]

Menu verlaten - Een menu kan worden verlaten zonder dat daarin een keuze wordt gedaan door op te drukken.

Volgorde - De volgorde waarmee getallen, bewerkingstekens, ed. op de TI83 worden ingevoerd komt meestal overeen met die waarin de betreffende vormen worden opgeschreven.
Deze volgorde wijkt duidelijk af van de volgorde op oudere zakrekenmachines.

2. Rekenen

  • Bereken 1+2+4+8+16
We kunnen deze opgave invoeren door gebruik te maken van de normale rekenfuncties van de TI83. basis3

Druk nu op

[ENTER] om dit uit te rekenen.
Deze toets werkt dus als een "is gelijk aan" - teken.
  • Stel nu dat we bij dit antwoord 32 willen optellen.
Druk nu op [+] 32. We zien dan: (>>>)

Ans

is een speciale variabele die als waarde het laatste weergeven antwoord (in dit geval 31) heeft.
basis4
Druk weer op [ENTER].

Je kunt

Ans ook oproepen met [ANS] (4e toets van links op de onderste rij; gebruik daarbij dus [2nd]).
basis5
Na het drukken op [ENTER] zien we: (>>>) basis6

We hebben nu de waarde uitgerekend van 1+2+4+8+16+32.
De uitkomst daarvan is dus 63.
We kunnen deze uitkomst ook berekenen met een machtsverheffing.

De toets voor de machtsverheffing is [^].

Let op:
De bewerkingstoets voor de aftrekking is

- ] . Dit is een blauwe toets, rechts op de machine.
Verwar deze niet met de grijze
[( - )] op onderste rij. Dit is de toets voor negatieve getallen (tekenwisseling).
Op het scherm geeft deze laatste toets een teken dat kleiner is dan het teken met de eerste toets.
basis7
Bij verkeerd gebruik (zie de tweede opdracht in de figuur hierboven) krijg je:

De keuze 1:Quit brengt je naar een nieuwe regel van het rekenscherm, terwijl 2:Goto je naar de plaats van de fout stuurt.

basis8

3. Een berekening wijzigen


In de vorige paragraaf hebben we berekend 25 - 1.

Stel nu, dat we ook 26 - 1 ; 27 - 1 ; 28 - 1 , ... willen uitrekenen.

We kunnen daarbij gebruik maken van de ENTRY-toets. Met behulp van deze toets kunnen we een reeds eerder gemaakte berekening opnieuw in beeld brengen. basis9

Kies na berekening van 25 - 1, de toets

[2nd] gevolgd door [ENTER] . [ENTRY] laat dus de gehele uitdrukking zien.
Druk nu op [¬] om de cursor op de 5 te krijgen.

Toets nu

[6] en [ENTER] om deze berekening uit te voeren.
basisa
Ga hierbij ook eens na wat het effect is van de toetsen [DEL] en [INS]. basisb

De berekening van grote waarden van de exponent geeft als het antwoord meer dan 10 cijfers heeft, een antwoord in de wetenschappelijke notatie.

Bereken 233 - 1 ; 234 - 1 ; ...
Het getal 264 - 1 is ongeveer gelijk aan 1,8 x 1019.

De machine berekent (eigenlijk "benadert") 264 - 1 als volgt: (>>>)

basisc

Let wel!
Als je een getal als hierboven als antwoord moet opschrijven, dan is het steeds noodzakelijk iets als

E19 te vervangen door 1019.
  • Voer 500.000.000 in via de wetenschappelijke notatie.
De E krijg je met de [EE]-toets, [2nd][ , ] ; dat is de second-toets, gevolgd door de komma-toets.
Verwar deze toets niet met de variabele met de naam
E.

Een 5 met 8 nullen krijg je dus via

5[EE]8:
basisd

4. Haakjes


Uit de volgende opdrachten blijkt, dat je moet uitkijken met het al dan niet plaatsen van haakjes.
  • Bereken 5 - (-3) door deze vorm in te toetsen ZONDER haakjes.
basise
Als de volgorde van de twee verschillende minnen verwisselt, krijg je een foutmelding.

De keuze 1:Quit (je drukt alleen op de toets

[1]) brengt je naar een nieuwe regel van het rekenscherm
De keuze 2:Goto (druk dus op
[2]) zet de cursor op de plaats van de fout.
basise1

Het eerste minteken is het bewerkingsteken voor de aftrekking,

- ] . Het tweede, [( - )] , is het wisselteken; dit teken maakt een positief getal negatief, en een negatief getal positief.
  • Bereken
basisf
Je kan het beste altijd haakjes om de teller en noemer van een breuk plaatsen.

Vergelijk de beide uitkomsten: (>>>)

basisg

Bij het gebruik van bepaalde functies zet de machine zelf al haakjes.
Dit is bijvoorbeeld het geval met de wortelfunctie.

  • Bereken
basish  en  basisi .
De volgorde van invoeren van bovenstaande vormen is dezelfde als die waarin ze geschreven zijn.

Druk dus eerst op

[Ö] (dat is dus [2nd] gevolgd door [x2]).
Je ziet dan dat de machine ook een openingshaakje neerzet.
basisj

De eerste te berekenen vorm eist nu een sluithaakje!
Doe je dat niet, dan krijg je het antwoord van de tweede vorm.

Voor sluithaakjes moet je zelf zorgen.

Doe je dat niet, dan reageert de machine alsof alle nodige sluithaakjes aan het einde van de ingevoerde uitdrukking staan.

basisk

5. Nauwkeurigheid van berekeningen

  • Bereken 1040 + 1 - 1040
Doe het eerst eens uit je hoofd!

Doe het daarna met de machine.
OEPS!
Welk van beide antwoorden is juist?

basisl

Het is hierbij handig de reeds ingevoerde uitdrukking met

[ENTRY] (dat is [2nd] gevolgd door [ENTER]) te gebruiken en daarin de waarde voor n te wijzigen.
  • Bereken 1111111111 x 9 (er staan 10 enen)
Tel daarna bij het antwoord 1 op.

Tel er opnieuw 1 bij op.

basism

Je ziet, dat dit optellen geen effect heeft op het door de machine gegeven antwoord.
De maximale nauwkeurigheid van de TI83 is bereikt.


begin pagina

[basis83.htm] laatste wijziging op: 29-11-1999