Euler-driehoek
[ Negenpuntcirkel | Meetkunde ]
De Euler-driehoek hangt nauw samen met de negenpuntcirkel van een driehoek, immers de negenpuntcirkel gaat door de middens van de "bovenste loodlijnstukken" (dit zijn de stukken van de loodlijnen tussen een hoekpunt en het hoogtepunt. Zodat geldt:
|
en ook (zie bovenstaande figuur):
Stelling 2 A1A2A3 is homothetisch (gelijkstandig) met A1'A2'A3' (Euler-driehoek), waarbij H het centrum is en de verhouding gelijk is aan 2 : 1. |
Op basis van een vermenigvuldiging met factor -½ (tov. het zwaartepunt van A1A2A3) vinden we ook eenvoudig;
In de figuur hiernaast is O1O2O3 de centrumdriehoek. Opmerking |
In de figuur hiernaast is H1H2H3 de voetpuntsdriehoek van het hoogtepunt H. Opmerking |
Alle genoemde driehoeken staan hieronder in dezelfde figuur. |
E1E2E3 is de Euler-driehoek O1O2O3 is de centrumdriehoek H1H2H3 is de voetpuntsdriehoek. H is het hoogtepunt (X4) De naamgeving van de punten met X (tussen haakjes hierboven) is conform Kimberling's TCCT (*). |
Referentie
(*) CLARK KIMBERLING:
Triangle Centers and Central Triangles (1998, Winnipeg, Canada)
Zie ook ETC
(Encyclopedia of Triangle Centers)
[eulerdrie.htm] laatste wijziging op: 15-04-03